Aspergeteler Meijl: efficiency goed voor milieu en portemonnee

Aspergeteler van Meijl

Aspergeteler van Meijl

Effectief omgaan met mechanisatie en middelen spaart geld en milieu. Aspergeteler Adriaan van Meijl pakt het heel praktisch aan. Hij doet wat in zijn bedrijfsvoering past en drukt zo de kosten terwijl het water in de omgeving schoner blijft.

Adriaan van Meijl teelt zijn asperges bij zijn bedrijf in het Brabantse Gastel en in Belë, vlak over de grens. Hij heeft een groot aspergebedrijf en daarom zullen de maatregelen die hij neemt niet één op één voor alle bedrijven gelden. Van Meijl is van mening dat iedere ondernemer zelf de afwegingen kan maken wat wel en niet past in het eigen bedrijf.

De aspergeteler doet mee met het project Schoon Water voor Brabant. Daarin werken
boeren en tuinders met boerenorganisaties, provincie Noord-Brabant, waterschappen en drinkwaterbedrijven samen aan verbetering van de waterkwaliteit in het gebied. ‘Ik doe nu zo’n twee jaar mee’, zegt van Meijl. ‘DLV-adviseur Jos van Hamont gaf mij uitleg over hoe het werkt en ik voelde er wel voor.’

Volgens Peter leendertse van het Centrum voor Landbouw en Milieu (CLM) richt het project zich op de belangrijke teelten waar winst te halen is 0p milieugebied. ‘We hebben deelnemers in de asperges, aardappelteelt, aardbeien, boomteelt en prei en een groep loonwerkers. Die laatsten werken weer 0p veel hectares, waardoor daar extra winst te halen is.’

Van Meijl is technisch geïntereseerd. Hij past graag zijn eigen teeltsysteem en machines
aan. ‘Ik breng mijn bedrijf liefst naar een hoger niveau. Ik werk met gps en combineer dat met mechanisch onkruid bestrijden.’ De teler ziet vooral voordeel in het effectiever werken, waardoor hij middelen en werk uitspaart.

Jonge aanplant maak ik met gps. Daardoor kan ik later heel kort langs de plam werken en
dan is mechanische bestrijding goed te doen.’ Bij het spuiten tegen onkruid is de goede rechte structuur van bedden met folie en paden ook praktisch. Ongeveer 40 procent van het veld is pad en de rest folie. Van Meijl brengt het middel dus het liefst alleen op het pad, waar het onkruid staat en is zuinig op de folie door er niet op te spuiten.

‘Ik gebruik veel minder middel, missschien een derde’, zegt van Meijl. We werken met zakpijpen en die stellen we precies af. Zo spoelt er maar minimaal middel af.’ Ook de frees paste hij zelf aan. Door twee daarvan op een verhoogde oude trekker te bouwen kan hij de paden bereiken, terwijl hij boven het gewas zit. Deze manier van werken spaart de  aspergeplanten, spoort minimaal in en door de dubbele frees (ten opzichte van werken met een smalspoortrekker) wint de ondememer tijd.

Leendertse is blij met de technische aanpassingen. Hij ziet vaker bij telers dat ze technische oplossingen bouwen die passen bij hun eigen bcdrijfsvoering en bijdragen aan schoon water. ‘Nederland is plat, maar nog steeds schuin genoeg dat er van alles de sloot in kan lopen.’

Meer aanpassingen
Van Meijl maakt de bedden wat vlakker na de oogst Dat scheelt in de hoeveelheid water bij
beregenen en in de oppervlakte die hij moet spuiten. Hij spuit later en heeft vanaf augustus bijna geen onkruid meer. Door de aanpassingen in de teelt mist hij een paar dagen oogst, maar daar tegenover staat een besparing aan andere kosten.

Bij de dosering van het middel let van Meijl  op de ontwikkeling van het gwas. ‘Een eerstejaars veld is een meter hoog en een vijfdejaars veld 2 meter. Op een hoog gewas geef ik wat meer middel en op een jong gewas veel minder. Per saldo heb je dan wel een lager verbruik.’ Het is ook mogelijk om actief de dosering te sturen tijdens het werk. Van Meijl let daarop bij het werk. Hij wil voldoende resultaat, zonder onnodig veel middel te gebruiken.

In de aspergeteelt zijn de schimmels botrytis en stemphilium lastig. Onkruid kost productie en de insecten aspergekever en aspergevlieg kunnen een probleem worden. Bij de insecten spuit van Meijl wel op vaste tijdstippen, maar hij kiest secuur waar het nodig is. ‘Je ziet ze altijd aan de bosranden, nooit in het midden van de percelen.’

Bij metingen in het oppervlaktewater vinden controleurs regelmatig insectenmiddelen. Leendertse: ‘Heel vaak is het Admire. Calypso is dit jaar toegelaten in asperge. In boomteeltgebieden wordt het al vaak boven de norm aangetroffen. Daarom is het van belang het in asperge – en boomteelt – beperkt in te zetten. Dan blijft het middel beschikbaar en het water schoon.’

Lees of download het artikel over aspergeteler Meil in Nieuwe Oogst (pdf)

Dit bericht is geplaatst in Maatregelen, Vollegrondsgroente. Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.